Filters

Wis alle filters

Op onderwerp

Op medium

tekst

Een Schacht van Licht

 

       
Een Schacht van Licht           door Barbara Stewart

                 
Ik hou niet meer van boodschappen
Ik heb nu een hekel aan
Eerst ga ik mediteren
Daar word ik rustig van

Elke keer 
Zet ik mijn spullen neer -
                                 mondkapje
                                 sanitized gel
                                 handdoek van papier
                                 Ik weet het nu zo wel

                                 en een boodschappen lijst 
                                 op volgorde
                                 zodat ik kan snel ter been
                                 door de winkel heen
Ik ben klaar
Ik fiets daar naartoe

Het is een kleine winkeltje
Er is nu een lange rij
Ik neem plaats op goed afstand
Totdat de wachttijd is voorbij

Ik sta netjes op de gele streep
De ingang komt dichterbij
Opeens staat een man pal achter me
En stap ik plotseling uit de rij

Een lange jonge kerel is hij
Zo diep in zijn smartphone wereld
Onbewust dat hij irriteerde me zo
Van wat is net gebeurt

Maar hou ik niet van confrontatie
Daar heb ik geen zin in
Ik loop terug tot het einde van de rij
En maak een nieuwe begin !

Uiteindelijk bij de ingang
Ik hoest in mijn zakdoek
Smeer mijn handen in met gel
Mijn masker zet ik aan
Ik weet het nu zo wel

Met geluk is er een beveiliger
Wie doet de groetjes aan
Hij heeft de boel goed onder controle
Dus kan ik rustig binnen gaan
 
Maar vandaag is er een assistente
Het valt niet mee voor haar
Ik wil mijn mandje zelf schoonmaken
Maar de spullen liggen niet klaar
  
Het papierroll zit vast, de zeep is op
Opnieuw ben ik geirriteerd
Ik vraag aan de assistente om hulp
Dan moet ik wacht maar weer !

Mijn mandje maak ik schoon
Maar voel ik me opgejaagd
Door een ongeduldige vrouw
Die achter me al staat
Het is niet meer gewoon !

Eindelijk loop ik door 
               
Mijn lijst heb ik ter hand
Iedereen vermijdt elkaar
We houden goed afstand
Nog steeds voelt dat heel raar
 
We dragen allemaal mondkapjes
Een lachend gezicht 
Zie je niet
Ik zie vermoeide ogen
Verwarde wanhopig
Ogen van verdriet  

                                  Ik sta op het punt
                                  Om een yoghurt uit te kiezen
                                  Als een kleine jongentje
                                  Die in een winkelwagentje zit
                                  Straalt een glimlach naar me toe

                                  Hij verrast me
                                  Met zijn open vrolijk gezicht
                                  Het voelt als een schacht van licht
                                  Hij zwaait naar me
                                  Een zwaai ik terug

                                  Ik denk hoe neemt zo'n kleine kind
                                  De wereld waar zoals het nu is?

                                  Hij ziet gemaskeerde gezichten
                                  Mensen die elkaar vermijden
                                  Mensen op straat en in de park
                                  Die als zombies gaan lopen
                                  Die liever in een kleine schermpje
                                  In zijn handen willen kijken
                                  Dan om de wereld zich heen

                                  Hoe neemt zo'n kleine kind
                                  Dit wereld waar?

                                  Alsof hij mijn gedachten weet
                                  Schudt hij plotseling
                                  Zijn hoofd helemaal naar achteren
                                  En kijkt me aan
                                  Met zijn gezicht ondersteboven

                                  Ja jongen - je hebt gelijk
                                  De wereld is op zijn kop!

Ik kies een aardbei yoghurt uit
Mijn masker voelt nu heel benauwd
Ik wil zo snel de winkel uit
Ik draag twee zware tassen
Stop bij een prullenbak
Om mijn masker weg te gooien
Wat een opluchting is dat !

Als ik naar mijn fiets toe loopt
Zie ik iets op de stoep
Dat maakt me zo erg kwaad
Het is een weggegooide mondkapje
Ik schop het naar de straat !
    
Ik ga naar huis
Zet ik mijn fiets op slot
En ga de trappen op
Eindelijk ben ik daar weer !
  
Eerst was ik mijn handen 
En pak de tassen uit
Wat ben ik blij
De ellende is voorbij
Het kind met zijn stralende gezicht
Was de enige punt van licht

Even bijkomen -
Geniet ik van een bier
Want over drie dagen
Begint het allemaal weer !    
                                                                                          
                                                                                               
                                  April 2021
                 

  
                 
                  

        
                    

                    

Ik heb dit gedicht in het voorjaar van 2021 geschreven. Het is voor die mensen die zoals ik voelen dat de dagelijks boodschappen in een supermarkt in coronatijd een confrontatie geworden is en ook niet zo plezierig meer. Voordat we het huis uit gaan, hebben we een flinke dosis geduld nodig. Jammer genoeg dit kan snel veranderen in irritatie en zelfs woede.
We zijn deze coronatijd allemaal zat. Het duurt al veel te lang. De beperkingen van onze vrijheid hebben ons allemaal op verschillende manieren beinvloed. Het is beschadigend.
Hier schijnt de spotlicht op kinderen en hoe ze zich moeten aanpassen aan de verandering in hun omgeving en al de beperkingen om hen heen en hoe moeilijk voor hun dat moet zijn.

door Barbara Stewart


Onze
partners

met dank aan: Gemeente Amsterdam West Soundtrackcity Het huis van Amsterdam